Voeding

Krachtsport vs. duursport – Richtlijnen voor je voeding

Elke sporter die meer uit zijn prestaties wil halen, zal moeten investeren in een passend voedingspatroon. Jawel! Je kunt een heel eind komen met een goed trainingsschema en ‘een beetje opletten met wat je eet’. Echter, hoe gevorderder je wordt als sporter, hoe specifieker je aanpak zal moeten worden om nog extra progressie te boeken. Voeding speelt daarin een belangrijke rol voor onder andere je energievoorziening en je herstel rondom sportmomenten.

In deze blog lees je meer over richtlijnen voor je voeding en het verschil tussen de duursporter en de krachtsporter als het gaat om voedingskeuzes.

 

De wet van de verminderde meeropbrengst

Deze ‘wetmatigheid’ noemen we ook wel een trainingsprincipe. De betekenis is simpel: hoe dichter je bij je genetische potentie komt (dat wat jouw lichaam genetisch gezien maximaal kan bewerkstelligen), hoe meer je moet doen voor slechts minimale progressie.

Als beginnende sporter maakte je bij wijze van sprongen vooruit door alleen al naar die dumbbell te kijken of de trappers van je fiets 6x rond te draaien. En toen was je beginnersvoordeel ineens als sneeuw voor de zon verdwenen. Naarmate je langer traint, voel je dat het steeds meer moeite kost om progressie te boeken. Die paar seconden die je nog sneller kan worden tijdens je marathon, die moeizame extra kg aan droge spiermassa? Het komt niet zomaar aanwaaien.

Logisch, maar tegelijkertijd frustrerend. We zouden massaal Arnold Schwarzeneggers of Usain Bolts kunnen worden anders. Maar die gasten zijn toch echt gezegend met een stelletje geweldige genen in die niet voor iedereen zijn weggelegd. In Arnolds geval werd die genetische potentie nog iets of wat gestimuleerd by the way, maar dat terzijde. Het punt is: de meeste mensen zouden zelfs met hulpmiddelen niet op dat niveau terecht komen.

Goed… door naar het punt voeding. Wat zijn goede richtlijnen en wat is het verschil tussen krachtsport en duursport op dat gebied?

 

Eiwitten

First up, want hier zit gelijk een essentieel verschil. Door de specifieke spierbelasting van krachttraining, treedt er meer lokale spierschade op dan bij duursport. Meer spierschade, betekent dat er meer bouwstoffen (eiwitten, yes) nodig zijn voor het herstellen van die schade. Bovendien is één van de doelen van krachtsport uiteraard spieropbouw, terwijl veel spiermassa bij veel duursporten eerder nadelig kan werken. Ook voor de opbouw van spiermassa zijn eiwitten nodig. Duursporters hebben dus minder eiwitten nodig dan krachtsporters.

Duursport: 1-2 gram per kg lichaamsgewicht per dag

> 1,4 gram geldt in principe alleen wanneer je totale inname dusdanig hoog is, dat een hogere eiwitinname praktisch is voor balans in je voedingspatroon, of bij een enorm hoge trainingsbelasting.

Krachtsport: 1,6-2,2 gram per kg lichaamsgewicht per dag

Een inname > 1,8 gram is meestal niet nodig, maar kan voordelig zijn in sommige gevallen, zoals bij beginnende krachtsporters die voor het eerst gaan bulken.

Vegetariërs en veganisten mogen nog 20-30% optellen bij bovenstaande richtlijnen.

Een vaak gemaakte denkfout is dat je eiwitinname per se op trainingsdagen hoger moet zijn dan op rustdagen. Dit is niet het geval. Je eiwitbehoefte is dagelijks verhoogd wanneer je traint, onder andere door de verhoogde herstelbehoefte in de dagen na je training.

 

Koolhydraten

Bij koolhydraten zit een ander wezenlijk verschil. Duursporters zijn voor hun presentatie veel meer aangewezen op koolhydraten. Dat is zeker het geval bij trainingen die langer duren dan 90 minuten. Voor trainingen langer dan 90 minuten is het zelfs noodzakelijk om tijdens de training koolhydraten aan te vullen om de bekende ‘man met de hamer’ te voorkomen. Bij duursporters komt het daarnaast veel meer voor dat de opgeslagen voorraad koolhydraten in het lichaam (glycogeenvoorraad) uitgeput raakt en aangevuld moet worden. Bij krachtsport is dit zelden het geval. Een mogelijke uitzondering is Crossfit (en dan met name wedstrijden met verschillende WOD’s gedurende de dag).

Duursport: vanaf +/- 3 gram per kg lichaamsgewicht per dag

Dit kan oplopen tot > 9 gram per kg lichaamsgewicht per dag bij lange duurtrainingen of marathons.

Krachtsport: vanaf +/- 2 gram per kg lichaamsgewicht per dag

Dit kan zelfs minder zijn in periodes waarin afvallen/vetverlies het doel is en de totale kcal inname geen hogere koolhydraatinname toelaat. Voor voldoende vezels is een ondergrens van 0,7 gram per kg lichaamsgewicht het advies.

 

Vetten

Het verschil voor vetinname is in basis niet zo groot. Voor iedereen geldt een minimale inname van 0,7 gram per kg lichaamsgewicht. Vrouwen zijn echter gebaat bij een hogere inname van tussen de 1-1,5 gram per kg lichaamsgewicht per dag. Hoe hoger je totale inname komt te liggen, hoe hoger ook je vetinname mag zijn. Dit kan zelfs oplopen tot 2 gram vet per kg lichaamsgewicht per dag.

Terwijl vetten vanwege hun hoge caloriedichtheid vaak als eerste geschrapt worden bij lagere calorie-innames, hebben vetten belangrijke voordelen voor sporters. Onder andere voor energievoorziening (bij bijvoorbeeld submaximale langdurige duursporttrainingen), spieropbouw (verzadigde vetten zijn essentieel voor testosteronproductie), de opname van vitamines en het reguleren van ontstekingsreacties.

 

Timing

Van anabolic window tot maximale eiwitopname per uur. Er bestaan allerlei ‘richtlijnen’ voor timing van de macro’s, maar eigenlijk kan het veel simpeler dan dat. Om even een aantal typische fabels uit de weg te helpen het volgende.

Nee! Je hoeft niet binnen 0,2 milliseconden na je training te eten omdat je anders het ‘window’ mist. Gedurende zeker 24 uur na je training is de opnamepotentie van voedingsstoffen verhoogd. En nee! Je hoeft niet zo zwaar te tillen aan een maximale eiwitinname per maaltijd omdat die ‘extra eiwitten’ anders als vet worden opgeslagen.

Duursport:

Eet in ieder geval voor en na je training een gezonde dosis koolhydraten. Train je langer dan 90 minuten? Gebruik dan de volgende richtlijnen voor aanvulling:

  • 60-120 minuten: 30 gram per uur
  • 120-180 minuten: 60 gram per uur
  • >180 minuten: 90 gram per uur

Eet niet te vetrijk direct voor en na je training, gezien vetten moeilijker verteerbaar zijn voor je lichaam. Voor je training kan dit zorgen voor maag- en darmklachten. Na je training valt een zware maaltijd meestal ook niet zo lekker.

Krachtsport:

‘Sandwich’ je training tussen 2 eiwitmomenten en eet voor en na je training niet te vetrijk (vanwege dezelfde redenen als bij duursporters). Bewaar het grootste deel van je koolhydraten voor na je training, zeker als je vroeger op de dag traint.

Algemeen:

Verdeel je eiwitten idealiter over de dag met ergens tussen de 3 en 6 eetmomenten. Mogelijk zijn er extra voordelen aan 4 momenten ten opzichte van 3 vanwege een betere eiwitverdeling in relatie tot de opbouw en afbraak van eiwitten die continu in je lichaam plaatsvindt. Een goede richtlijn voor je eiwitten per maaltijd is 0,3 gram per kg lichaamsgewicht. Deze richtlijn draagt bij aan optimale spiereiwitaanmaak.

 

Belangrijke sidenotes

Naast training en voeding, zijn voldoende kwalitatieve slaap en stressmanagement ontzettend belangrijke factoren voor het optimaliseren van prestatie en herstel. Crue, maar waar: je training en voeding kunnen nog zo geweldig zijn, maar dit zal nooit het negatieve effect van een slecht slaapritme of een overmatige hoeveelheid stress teniet doen.

Wil je begeleiding bij het optimaliseren van je voeding rondom sport? Neem dan contact op. Zelfstandig aan de slag? Dat kan met onze cursussen: de cursus voeding voor krachtsport en de cursus voeding voor duursport.

 

 

 

 

 

 

 

Wil jij meer Gryp?

Heb je vragen over je voeding, leefstijl en/of sportieve doelen of wil je meer informatie over onze aanpak? Neem dan vrijblijvend contact met ons op.

Heb jij je doelstelling helder in kaart & wil je het liefst zo snel mogelijk starten? Maak dan vandaag nog een afspraak voor een gratis kennismaking.

GRYP UP-TO-DATE

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief en blijf op de hoogte van de laatste ontwikkelingen binnen GRYP.